Translation: from dutch to english

from english to dutch

From english to:
Dutch
From dutch to:
English

flush with

Interpretation Translation

1 gelijk met

• even with

• flush with

• level with

Nederlands-Engels Technisch Woordenboek > gelijk met
2 gelijkvloers

• flush with

• on the same floor

Nederlands-Engels Technisch Woordenboek > gelijkvloers
3 blozen

blozen

1 [een blos hebben van gezondheid] bloom (with)

2 [rood in het gezicht worden] flush (with) 〈 van opwinding〉; blush (with) 〈 van verlegenheid〉

♦voorbeelden:

1   er blozend uitzien • look healthy

2   iemand doen blozen • cause someone to blush

     diep blozen • blush deeply

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > blozen
4 hoogte

hoogte

1 [verticale afmeting] height

2 [afstand] height ⇒ 〈 peil, niveau〉 level

3 [vrije ruimte boven iets anders] height

4 [met betrekking tot klanken] pitch

5 [wiskunde] height

6 [aardrijkskunde] level ⇒ 〈 latitude〉 latitude, 〈 met betrekking tot hemellichaam〉 elevation, 〈 met betrekking tot hemellichaam〉 altitude

♦voorbeelden:

1   de hoogte van de kamer • the height of the room

     een hoogte bereiken van • reach a height/level of; 〈 boom, plant, dier ook〉 grow to a height of

2   de hoogte van de waterspiegel • the water level

     op gelijke hoogte met de vloer • level/flush with the floor

     op geringe/grote hoogte vliegen • fly at (a) high/low altitude

     〈 figuurlijk〉 tot op zekere hoogte hebt u gelijk • to some/a certain extent you're right

     〈 figuurlijk〉 Nederland is leuk tot op zekere hoogte • Holland is nice as/so far as it goes

     op een hoogte van 7000 m • at a height/an altitude of 7000 m.

     ter hoogte van zijn schouders • at shoulder height

3   〈 figuurlijk〉 zich op eenzame hoogte bevinden • be unique

     op gelijke hoogte staan met • be (on a) level with; 〈 figuurlijk ook〉 be on a par with

     de hoogte ingaan • go up, rise; 〈 vliegtuig ook〉 ascend

     〈 figuurlijk〉 de prijzen gingen de hoogte in • prices went up/rose; 〈 sterker〉 prices rocketed/soared

     〈 figuurlijk〉 iemand in de hoogte steken • praise someone to the skies

     〈 figuurlijk〉 uit de hoogte doen tegen iemand • treat someone high-handedly

     〈 figuurlijk〉 hij deed erg uit de hoogte • he was acting very superior

4   tonen van gelijke hoogte • notes of the same pitch

5   lengte, breedte en hoogte • length, breadth and height

6   de vloot kruiste ter hoogte van Texel • the fleet was cruising off Texel

     er staat een file ter hoogte van Woerden • there is a ^Atraffic jam near Woerden

¶   zich van iets op de hoogte stellen • acquaint oneself with something

     iemand op de hoogte brengen/stellen • acquaint someone with something, inform someone about/of something; 〈 informeel〉 fill someone in on something

     iemand op de hoogte houden • keep someone informed (of things); 〈 informeel〉 keep someone posted

     op de hoogte blijven • keep oneself informed; 〈 informeel〉 keep in touch

     volledig van iets op de hoogte zijn • be well informed about/acquainted with something; 〈 informeel〉 be well up on something

     slecht op de hoogte zijn • be ill-informed/ 〈 informeel〉 out of touch

     indien u verhinderd bent wordt u verzocht ons hiervan op de hoogte te stellen • please let us know if you are unable to come

     ik kan geen hoogte van hem krijgen • I don't understand him; 〈 informeel〉 I can't figure him out

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hoogte
5 op gelijke hoogte met de vloer

op gelijke hoogte met de vloer

level/flush with the floor

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op gelijke hoogte met de vloer
6 doorspoelen

v. flush, rinse by flooding with liquid

Holandés-inglés dicionario > doorspoelen
7 voegen

v. become, beseem, befit, fit, fit with, joint, accommodate, flush

Holandés-inglés dicionario > voegen
8 doortrekken

doortrekken

I 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 [verlengen] extend ⇒ continue, 〈 meetkunde〉 produce

2 [met betrekking tot toilet] flush

♦voorbeelden:

1   een lijn doortrekken • 〈 figuurlijk〉 follow the same line/course

     〈 figuurlijk〉 een vergelijking doortrekken • carry a comparison (further)

2   de wc doortrekken • flush the toilet

II 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 [door iets heen reizen] travel through ⇒ pass/journey through, roam

2 [voortgaan met trekken] continue to pull/draw, keep pulling/drawing

3 [het toilet doorspoelen] flush the toilet

♦voorbeelden:

1   de verkiezingskaravaan trekt het hele land door • the election caravan is touring the entire country

————————

doortrekken

1 impregnate ⇒ 〈 vloeistof ook〉 soak, 〈 vloeistof ook〉 saturate

♦voorbeelden:

1   de maatschappij is doortrokken van corruptie • society is riddled with corruption

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > doortrekken
9 kleur

kleur

1 [eigenschap; bestanddeel van licht; verf/kleurstof] colour

2 [gelaatskleur] complexion

3 [kaartspel] suit

4 [partij, politieke mening] persuasion

5 [beeldende kunst] colouring ⇒ colouration

♦voorbeelden:

1   wat voor kleur ogen heeft ze? • what colour are her eyes?

     ze hebben (allemaal) dezelfde kleur • they're (all) the same colour/one colour

     primaire kleuren • primary colours

     〈 figuurlijk〉 kleur geven aan een verhaal • lend colour to a story

     die kleuren vloeken (met elkaar) • those colours clash (with each other)

     welke kleur heeft het? • what colour is it?

2   een gezonde kleur hebben • have a healthy complexion/colour

     een kleur hebben van opwinding • be flushed with excitement

     een kleur krijgen • flush, blush

     de kleur trok weg uit zijn gezicht • he turned pale

     van kleur verschieten • change colour

     een kleur als een boei hebben • be as red as a beetroot

3   kleur bekennen • 〈 letterlijk〉 follow suit; 〈 figuurlijk〉 show one's colours, have the courage of one's convictions

4   welke kleur heeft dit dagblad? • where does this paper stand politically?

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > kleur
10 kop

kop

1 [deel van het dierlijk lichaam] head

2 [hoofd] 〈 ongemarkeerd〉 head ⇒ nut

3 [verstand] head ⇒ brain

4 [bovenste/voorste/uiterste gedeelte] head ⇒ top

5 [drinkgerei] cup ⇒ mug

6 [krantenkop] headline ⇒ heading

7 [afbeelding; iets met de gedaante van een kop] head

8 [persoon] head

9 [audio, video] head

♦voorbeelden:

1   〈 figuurlijk〉 er zit kop noch staart aan • you can't make head or tail of it

2   〈 figuurlijk〉 met kop en schouders uitsteken boven • stand out/be head and shoulders above

     kop dicht! • shut up!

     〈 figuurlijk〉 een houten kop hebben • have a hangover, have a thick head

     een kale kop • a bald head

     zij is een kop kleiner dan hij • she's a head shorter than he is

     een mooie kop met haar • a beautiful head of hair

     een rooie kop krijgen • go red, flush

     hou je kop! • shut up!, shut your trap!

     〈 figuurlijk〉 dat zal me de kop niet kosten • it's not going to kill me

     hij had zichzelf wel voor zijn kop kunnen slaan • he could have kicked himself

     de koppen bij elkaar steken • put our/their 〈enz.〉 heads together

     〈 figuurlijk〉 de kop in het zand steken • bury one's head in the sand

     kop op! • chin/cheer up!

     〈 figuurlijk〉 met de kop tegen de muur lopen • bang one's head against a (brick) wall

     〈 figuurlijk〉 zich niet op zijn kop laten zitten • not let oneself be bullied

     〈 figuurlijk〉 iemand op zijn kop geven • give someone what for

     〈 figuurlijk〉 op zijn kop krijgen • get a good scolding/telling-off

     je krijgt het niet al ga je op je kop staan • you're not going to get it no matter what you do

     〈 figuurlijk〉 zich over de kop werken • work oneself to death

     zich voor de kop schieten • blow one's brains out

     zij kreeg een kop als vuur • she turned as red as a beetroot

3   iets doen met een dronken kop • do something while (one is) drunk

     dat is een knappe kop • he is a smart fellow

     met een kwaaie kop weglopen • leave in a huff

     iemand aan zijn kop zeuren • nag someone

     hij heeft het nu eenmaal in zijn kop • he has taken it into his head

4   de koppen van de golven • the crests of the waves

     de kop van Overijssel • the north of Overijssel

     de kop van een spijker/hamer • the head of a nail/hammer

     de kop van een stoet/het peloton • the head of a procession/the platoon

     〈 sport〉 de kop nemen • take the lead, go into the lead

     〈 figuurlijk〉 het hele huis staat op zijn kop • the whole house has been turned upside down

     〈 figuurlijk〉 de zaal stond op zijn kop • it brought the house down

     op zijn kop staan • be topsy-turvy/upside down

     〈 scheepvaart〉 met de kop op de wind gaan liggen • turn with its head to the wind

     〈 sport〉 op kop liggen • be in the lead

     over de kop gaan/slaan • overturn, somersault

     〈 figuurlijk〉 over de kop gaan • go broke, fold

5   een kop koffie • a cup of coffee

     een kop en schotel • a cup and saucer

6   grote/vette koppen • big/bold headlines

7   kop of munt • heads or tails

     met een kop erop • 〈 maat〉 heaped; 〈 bier〉 with a head

8   de kop van een pijp • the bowl of a pipe

     de koppen tellen • count heads

¶   iets de kop indrukken • crush something

     een gerucht de kop indrukken • 〈 ook〉 squash/scotch a rumour

     de kop opsteken • surface, crop up

     de griep steekt weer de kop op • the flu is rearing its (ugly) head again

     iets op de kop (weten te) tikken • (manage to) pick something up, (manage to) get hold of something/come by something

     het is vijf uur op de kop af • it is exactly five o'clock

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > kop
11 rood

rood¹

〈 het〉

1 [kleur(stof); ook als symbool; ook politiek] red

2 [blos] 〈 van de jeugd〉 blush; 〈 bij ziekte〉 flush; 〈 gezonde kleur van wangen〉 pink

3 [metselsteen] red brick

4 [plantenziekte] rust

♦voorbeelden:

1   Engels rood • red ochre

     in het rood (gekleed) • dressed in red

————————

rood²

〈 bijvoeglijk naamwoord〉

1 red ⇒ ginger 〈 haar〉, ruddy 〈 wangen〉, 〈 rood-geel〉 copper(y), ginger

♦voorbeelden:

1   〈 figuurlijk〉 in de rode cijfers zitten/komen • be in/go into the red

     het rode gevaar • the red peril

     met een rood hoofd van de inspanning • flushed with exertion

     〈 sport〉 iemand de rode kaart tonen • show someone the red card; 〈 slang〉 red-card someone

     〈 figuurlijk〉 dan gaat er bij mij een rood lampje branden • that rings an alarm bell

     door rood (licht) rijden • jump the lights

     het Rode Plein • Red Square

     een hokje rood maken • cast one's vote

     tot achter de oren rood worden • blush to the roots of one's hair

     rood worden • go red/scarlet, flush, blush

     het licht sprong op rood • the light changed to red

     〈figuurlijk; informeel〉 over de rooie gaan • 〈informeel; boos zijn〉 flip one's lid

¶   rood staan • be in the red

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > rood
12 ATB

All Terrain Bike, motorcycle with many gears suitable for riding in mountainous regions

Holandés-inglés dicionario > ATB
13 AWACS

AWACS, Airborne Warning And Control System, airborne radar system which detects low-flying aircraft; aircraft outfitted with such a system

Holandés-inglés dicionario > AWACS
14 Afrikaanse olifant

n. African elephant, type of large land mammal with a long trunk and ivory tusks

Holandés-inglés dicionario > Afrikaanse olifant
15 Amerikaanse Oehoe

n. great horned owl, predatory (chiefly nocturnal) bird that has a large broad head with large eyes that face forward and are surrounded by a ring of feathers

Holandés-inglés dicionario > Amerikaanse Oehoe
16 Amerikaanse zeearend

n. bald eagle, species of large North American eagle with brown plumage on the body and wings and white plumage on the head and tail (national symbol of the United States)

Holandés-inglés dicionario > Amerikaanse zeearend
17 Argus

n. Argus, monster with a hundred eyes (Greek Mythology)

Holandés-inglés dicionario > Argus
18 Artemis

n. Artemis, moon goddess identified with hunting and the moon (Greek Mythology)

Holandés-inglés dicionario > Artemis
19 BVBA

Ltd, restricted as to amount of liability (Business), company with limited liability

Holandés-inglés dicionario > BVBA
20 BZ

FO, Foreign Office, British government department which deals with international relations

Holandés-inglés dicionario > BZ

Pages

Look at other dictionaries:

Flush with Power — Infobox Television episode Title = Flush With Power Series = King of the Hill Caption = Season = 4 Episode = 22 Airdate = May 7, 2000 Production = 4ABE21 Writer = Alex Gregory Peter Huyck Director = Allan Jacobsen Guests = Lane Smith Episode list … Wikipedia
be flush with optimism — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
be flush with success — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
be/feel flush with optimism — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
be/feel flush with success — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
be/feel flush with success/optimism — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
be/feel flush with success/optimism, etc. — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
feel flush with optimism — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
feel flush with success — be/feel flush with success/optimism, etc. ► to be very successful, have a lot of hope for the future, etc.: »A rise in the price of corn means that many farmers are feeling flush with optimism. Main Entry: ↑flush … Financial and business terms
flush — [flʌʆ] adjective 1. be flush (with cash/funds) informal to have a lot of money at a particular time: • Singapore s savings rate is so high that the banks are flush with funds. • The group is flush and has been making more acquisitions. 2. be… … Financial and business terms
flush — flush1 [flush] vi. [complex of several words, with senses FLASH & ME flusshen, to fly up suddenly, blended with echoic elements; “flow” senses < ? or akin to OFr fluir (stem fluiss ), to flow] 1. to flow and spread suddenly and rapidly 2. to… … English World dictionary

Translation: from dutch to english

flush with

Look at other dictionaries:

Share the article and excerpts

Direct link